Door de HIP leden is vorig jaar geconcludeerd dat het samenwerkingsverband de afgelopen jaren erin geslaagd is een robuust onderzoeksprogramma neer te zetten. Ook het daarbij gehanteerde samenwerkingsverband tussen veredelaars en verwerkers is als uniek beoordeeld. De wetenschappelijke commissie heeft op verzoek van het HIP bestuur een onderzoeksopzet voor de periode vanaf 2023 gemaakt. De leden van HIP zijn er onlangs mee akkoord gegaan en de komende tijd zullen er besluiten vallen over de financiële bijdrage van de bedrijven. Er wordt een indiening voorbereid bij de Nederlands Wetenschappelijke Organisatie (NWO) maar ook alternatieven worden bekeken zoals het Nationaal Groeifonds. In geval van toekenning zal de uitvoering gebeuren door de universiteiten van Wageningen, Delft en Utrecht. Uiteraard in nauwe samenspraak met de veredelaars en de verwerkende industrie binnen het HIP verband.
Welk onderzoek heeft HIP fase 2 voor ogen?
Aardappel is een wereldwijd geteeld gewas met een zeer variabele opbrengst en kwaliteit vanwege de genetische diversiteit en de sterke interactie tussen genotype en de omgeving. Klimaatverandering verhoogt het voorkomen en de ernst van omgevingsstress, wat een aanzienlijke impact zal hebben op de opbrengst en kwaliteit. Daarom is het dringend nodig om de weerstand van aardappelen tegen klimaatverandering te verbeteren en tegelijkertijd de milieu-impact van de aardappelteelt te verminderen. Maar ook de kwaliteit en opbrengst van de aardappelteelt te behouden, ook in het licht van de uitdagingen die de EU Green Deal met zich mee zal brengen.
Om dit doel te bereiken moet de interactie van het zich ontwikkelende aardappelgewas met zijn omgeving in detail worden begrepen. Hiervoor moeten de belangrijkste genetische drijfveren, omgevingsfactoren en teeltwijze worden geïdentificeerd en met elkaar in verband gebracht worden. Het doel is uiteindelijk om aardappelteeltmodellen te ontwikkelen die deze verbanden beschrijven en de invloed op kwaliteit en opbrengst voorspellen. Deze modellen zullen de beslissingen van landbouwers op het gebied van duurzaam gewasbeheer ondersteunen en de gerichte veredeling van nieuwe klimaatbestendige rassen verder mogelijk maken.